vr. 21 mrt 2025
9:30

- Het sentiment op de financiële markten werd gisteren een doorslagje van de teneur op het wereldwijde politieke toneel: twijfel, onzekerheid, slechts deels gecompenseerd door de hoop op een Chinese en Europese revival. De koersenborden kleurden dus overwegend rood, met 0,4% verlies in Europa en 0,3% op Wall Street. Op sectorniveau lag technologie dus overal onderaan de ladder, terwijl de energie-aandelen net wél in zwang waren omdat de olieprijzen bijna 2% stegen. Dat volgt op nieuwe sancties van de VS tegen Iran, waardoor de prijs voor een vat Brent-olie weer tot 72,1 dollar doorsteeg.
- Ook de aandelen op de beurzen van China en Hongkong kregen het vannacht opnieuw lastig, iets met winstnemingen en zo. Dat leverde 1,5% à 2% verlies op, terwijl de overkoepelende HSTech index alweer 3,3% lager werd gezet en ook Taiwan 0,7% moest inleveren. Zuid-Korea (+0,23%) en Japan (+0,1%) redden de sushi... euh, de meubelen
- De verkoopdruk op de aandelenmarkten nam de afgelopen weken toe nadat een reeks economische indicatoren aangaf dat de economie en het consumentenvertrouwen mogelijk afkoelen nu de regering Trump wederzijdse handelstarieven oplegt.
- De recente beleidsverklaring van de Federal Reserve kon daar weinig tegenoverstellen, onder meer omdat topman Powell toegaf dat een inschatting van de toekomst erg onzeker is omwille van “het politieke beleid”. Ze verwacht ook een tragere economische groei en op zijn minst tijdelijk hogere inflatie. De markt mikt nu op twee renteverlagingen in 2025, met een grote kans op een eerste knip (met 25 basispunten) in juni. Zoals we hier al eerder schreven: recessievrees is out, het stagflatiespook is in.
- De Amerikaanse 2-jaarsrente maakte een pas op de plaats (3,96%), terwijl de 10-jaarsrente rond 4,25% bleef noteren. Voor Amerikaanse obligatiebeleggers werd het dus alweer een dagje schouderophalen, terwijl de Europese collega’s er een bescheiden winstdag op hebben zitten. De Duitse 2-jaarsrente daalt namelijk tot 2,16%, tegenover 2,77% op 10 jaar. Dat niveau is zowel op korte als op lange termijn wel nog een pak boven dat van een maand geleden.
- De Japanse inflatiedata over februari markeerde het belangrijkste economische cijfer van de dag. De teller daalde er van 4% naar 3,7% door lagere kosten voor verse voeding en energie, weliswaar gecompenseerd door prijsstijgingen in de dienstensector en een solide loongroei. Een daling, ja, maar er werd wel gemikt op een terugval tot 3,5%. En dus staat er nog maar erg weinig een renteverhoging in mei door de Bank of Japan in de weg. Dat moet de Japanse rente verder opdrijven en via die weg de ondertussen roemruchte “carry trade” nog wat meer afbouwen.
- Qua economisch nieuws domineert de consument vandaag de kalender. We krijgen immers inzicht in het Britse, Europese én Belgische consumentenvertrouwen over maart, geflankeerd aan een update van de Franse kleinhandelsverkoop in februari. Maar verder niets, en dus kunnen we samen met de bedrijfsresultaten van Carnival, Lululemon en Fuchs langzaamaan de lethargische balsem van het weekend beginnen te verwelkomen.